12 Jul2008
The sea to sky highway
Zaterdag 12 juli 2008
We zijn net een uurtje onderweg, als we langs een klein sneeuwbergje rijden. Zo hoog zitten we blijkbaar nog in de bergen. Je ziet bijna niet dat het sneeuw is, zo vies is het geworden van allerlei bladeren en gras, maar we stappen toch uit om er even bij te kijken. Dat is toch wel bijzonder: sneeuw in juli!
Als je dichterbij komt is het er ook erg koud. De berg sneeuw is van binnen uitgehold, daaronder loopt een stroompje van smeltwater en er komt een koude wind uit zetten.
De foto’s zien er wel grappig uit: in je t-shirt en je korte broek in de sneeuw.
Onderweg stoppen we bij de Nairn falls. Het is een aardig stukje lopen, en wat is het enorm heet op de rotsen. Maar de watervallen blijven een mooi gezicht. Deze waterval is niet zo hoog, maar schuimt door verschillende in de rotsen uitgesleten holtes en dat ziet er indrukwekkend uit.
Wanneer we de Nairn falls hebben gezien, bezoeken we ook nog de Brandywine Falls. Het verhaal gaat dat twee landmeters hadden gewed hoe hoog deze waterval zou zijn. De ene zette een fles wijn in en de andere een fles Brandy. Uiteindelijk won de landmeter die de Brandy inzette (de hoogte is 70 meter) en moest de wijn achteraan in de naam.
De waterval ligt vlakbij een parkeerplaats, waar we de auto’s hebben neergezet, en vanaf een platform heb je een mooi uitzicht op de waterval.
Op de terugweg komen we nog langs een treinspoor waar net een trein langs is gekomen. Met hard rennen weet Rob er nog net een foto van te maken. We proberen uit of het waar is dat je de trein kan horen door je oor op de rails te leggen. En inderdaad, een hoog fluitend geluid.
Daarna gaan we weer op weg. Na wat zoeken, komen we in Vancouver bij de ‘camping’ aan. Je kunt het eigenlijk nauwelijks een camping noemen, het is meer een enorme parkeerpaats, waar de campers hutje aan mutje naast elkaar staan. Na eerst twee aparte plekken toegewezen te hebben gekregen, lukt het toch om twee plaatsjes naast elkaar te vinden, zo hebben we tussenin wat meer ruimte.
Er is wel een zwembadje en een hottub bij het zwembad. Terwijl de kinderen aan het zwemmen zijn met Ton en Rob, ontmoet ik, je ziet ze ook overal, een Nederlander die hier ook met zijn gezin met een camper rondtrekt. Hij is erg gecharmeerd van Canada en zou er zo willen wonen.
Als we ‘s avonds nog wat bij de campers zitten, komt er iemand vragen of wij Nederlanders zijn. Inderdaad? Het blijkt Piet Blokker te zijn, een neef van Rob en Wendy, met wie we zo half en half hadden afgesproken. We spreken met hem af dat hij ons de volgende ochtend Stanley Park zal laten zien.
Rond middernacht besluiten we nog even de brug (the Lion’s Gate Bridge) over te lopen naar Stanley park, ongeveer 1,5 kilometer. Dat is wel het grote voordeel van deze camping, we zitten op loopafstand van Stanley Park. Omdat de kinderen al slapen, blijft Annette op de camping en de rest gaat op pad. Halverwege de brug hebben opa en oma het wel gezien en komen weer terug. Rob, Ton en Wendy gaan nog helemaal naar de overkant en hebben een mooi uitzicht over de verlichte stad.
Laat een reactie achter
You must be logged in to post a comment.